woensdag 27 december 2017

Steeds terugkerende dromen ...



Onlangs las ik in het Nieuwsblad een stukje over steeds terugkerende nachtmerries.

Daar moest ik even bij stil staan, niet alleen Freudiaanse versprekingen boeien mij, ook onze dromen.

Ik ben een goeie dromer, ik kan mijn dromen tamelijk goed onthouden.

De titel in het Nieuwsblad laat uitschijnen dat enkel nachtmerries of slechte dromen terugkeren. Bij mij keren er ook leuke dromen terug, vroeger meer dan nu.

Eén van die terugkerende dromen is dat ik kan zweven en vliegen, telkens in een andere context. Zeer grote afstanden kan ik op een enorme hoogte afleggen. Het moet niet altijd zo hoog zijn, me eventjes afduwen en ik zweef al enkele decimeters boven de begane grond en meestal ga ik zwevend "liggen", tot grote be- en verwondering van de aanwezigen in het lokaal. Ik ben de enige die daartoe in staat is. Een fluitje van een cent is het om mij tot aan het plafond te begeven. Daarbij moet ik niet zwaaien met armen en benen of trappelen met de voeten. In een fractie van een seconde ontsnap ik aan de zwaartekracht zonder bijzondere inspanning. Het bezorgt je een intens gevoel van macht en vrijheid. Een enkele keer vrees ik toch dat ik, op grote hoogte, de landingsplaats niet zal vinden. Nooit echter loopt de droom slecht af, nooit val ik naar beneden.

Waarom droomt een mens dat hij kan vliegen of zweven?

Volgens Freud kan een droom veel vertellen over de dromer. Hij noemde dromen dan ook 'de koninklijke weg naar het onbewuste'.

Ook op Internet kan je ingewikkelde verklaringstheorieën vinden.

Volgens mij moet dromen over vliegen geassocieerd worden met ambitie, assertiviteit en het verleggen van grenzen. Het zijn symbolische wensdromen die verwijzen naar het verruimen of beperken van de geest.

Anderen zullen misschien stellen dat een "vlieg- of zweefdromer" weinig of geen realiteitszin heeft en telkens wil ontsnappen als hij zich in een moeilijke situatie bevindt.

We laten het vliegen en zweven voor wat het is en stellen vast, samen met het Nieuwsblad, dat de meeste terugkerende dromen toch wel niet zo leuk zijn, ook niet bij mij. Nachtmerries zou ik ze niet noemen.

Een vervelende droom, die telkens in andere vermomming terugkeert, en dat geldt voor al mijn terugkerende dromen, heeft te maken met mijn laatste jaar humaniora in het Sint-Aloysiuscollege te Menen.

We behalen ons diploma hoger middelbaar en na enige tijd krijgen we bericht dat we een bepaald jaar opnieuw moeten doen, soms het laatste jaar, soms het voorlaatste. Van elk schooljaar moeten de schriften en administratie bewaard worden, men vindt niets meer terug en niemand gelooft dat we alle jaren met succes achter de rug hebben. Het voorlaatste jaar opnieuw moeten doen is dubbel erg want dat houdt in dat ook het laatste moet overgedaan worden. Ons behaald diploma tonen haalt niets uit, niets helpt. Ik besluit het jaar niet opnieuw te doen, ik werk toch al bij de NMBS maar ik twijfel, sommige andere klasgenoten beslissen het jaar toch opnieuw te doen ...

Een andere frustrerende terugkerende droom met hetzelfde thema "niet geloofd worden" draait rond mijn legerdienst. Ik ben al lang afgezwaaid en krijg een oproepingsbevel om opnieuw mijn legerdienst bij de zeemacht te vervullen. Niemand gelooft me, zelfs het tonen van mijn militair zakboekje met de datum van onbepaald verlof helpt niet. Op de eerste dag van mijn "tweede" legerdienst ben ik vruchteloos op zoek naar de medische dienst, ik wil de dokter spreken over de operaties die ik in Pellenberg heb ondergaan, ik wil afgekeurd worden ...
 
Pellenberg brengt ons tot een volgende recent terugkerende droom: na 4 operaties in de werkelijkheid - ik schreef er een stukje over (hier) - moet ik opnieuw geopereerd worden door Dr. Ignace Samson. De man overleed in februari 2014. Negatief aan die dromen is dat ik opnieuw onder het mes moet, positief dat Ignace nog leeft, jammer genoeg enkel in mijn dromen ...
 
Een ander recente droom die af en toe terugkeert, speelt zich af bij mijn vroegere werkgever, de NMBS. Ik ben met pensioen en toch ga ik nog steeds werken. Een ene keer ben ik blijven werken onmiddellijk na mijn opruststelling, een andere keer ga ik sporadisch een handje toesteken in een of ander dienst terwijl ik al op rust ben ...
 
Ik heb nog van die soort dromen met een terugkerend karakter, het lijkt maar niet op te houden. Ik vind mijn fiets of portefeuille niet, ben die verloren of gestolen ... iedere keer met een ander scenario.
 
Ja, ik ben een controlefreak.

Ik eindig met de meest nare, gênante en onprettige terugkerende droom.

Ik moet nodig een "grote boodschap"" doen en nergens is er een WC te vinden. Uiteindelijk zit ik mij te "ontlasten" midden in een ruimte waar iedereen me kan zien, op de koop toe er is geen WC-papier en meestal zit de WC-pot vol met drek en papier en is hij dus verstopt,  ik gebruik desnoods vodden die ik rond mij kan vinden ... ik zit werkelijk in de shit.

Gelukkig kom ik steeds clean wakker.

Ben ik de enige met zulke terugkerende dromen, vraag ik me af?



donderdag 21 december 2017

Een kwarteeuw Wevelgemse gemeentepolitiek als oppositieraadslid

Let op de gebalde vuist van schepen Frans Mispelaere . Foto werd genomen na de verkiezingen van oktober 1994. Na de eedaflegging tijdens  de eerste zitting van de volgende legislatuur (januari 1995) verlaat hij de vergadering en laat zich nooit meer zien op de gemeenteraad.

Na mijn legerdienst bij de Zeemacht hervat ik op 1 juli 1976 - het wordt een snikhete dorstige zomer met "zomeruren" -  het werk bij de NMBS en kom ik terecht op de toenmalige 1ste sectie van de Groep Brussel "Personeel en Sociale Zaken" op de dienst "aanwerving en examens".

In een vroeger stukje stelde ik dat dit wel de aanzet tot mijn politieke loopbaan als gemeenteraadslid kon betekenen.
 
Na de oliecrisissen van de jaren 1970 komt de economie sterk onder druk te staan en neemt de werkloosheid toe.
 
De toenmalige regeringen beslissen om over te gaan tot massale aanwervingen bij de overheid en vooral bij de NMBS.
 
Op de aanwervingsdienst waar ik tewerkgesteld ben worden jarenlang elke week tientallen mensen aangeworven, als statutair, contractueel of onder een nepstatuut.
 
Iedereen en zeker vele Wevelgemnaars, die aan mijn deur komen kloppen worden in de kortste keren aangeworven, vooral als ongeschoold arbeider. Enige voorwaarden zijn in het bezit zijn van een bewijs van goed gedrag en zeden, medisch geschikt zijn en kunnen lezen, schrijven en rekenen.
 
Eenmaal als statutair ongeschoold arbeider aangeworven biedt de NMBS een waaier van bevorderingsmogelijkheden.
 
Over deze massale aanwervingen op instructie van de politiek komt VRT-journalist Guy Bouten, ook een Wevelgemnaar, - we leren mekaar kennen tijdens onze treinritten naar en van Brussel - me thuis interviewen voor een uitzending van Terzake van 18 december 1995.
 
Vakbondsman Jonny Van Den Rijse heeft het o.a. over de vele zieltjes die hij toen voor de vakbond ACOD wint.

De vele cheminots van Wevelgem verenigen zich in 1979 in een vriendenkring "Het Spoor".
 
Aanvankelijk komen we op geregelde tijdstippen samen in den Bond in Wevelgem. Na een tijdje maakt den Bond plaats voor "den Tempel" op de Wijnberghoek.
 
In december 1980 komen we voor een feest samen in de zaal van "den Tempel".

 
Sinds de fusie van 1976 met Gullegem en Moorsele wordt Wevelgem niet langer meer bestuurd door de CVP maar door het ACW, met een volstrekte meerderheid zoals dit het geval was met de CVP van vóór de fusie.
 
De middenstanders en boeren van de CVP die uit de ACW-boot zijn gevallen lopen er zeer gefrustreerd bij en komen in 1982 op met de CWP. Luc Duthoo - het succes van de spoorwegvrienden ontgaat ook hem niet -  vraagt mij of ik op de lijst wil staan en ik zet mijn eerste politieke stapjes in de gemeentepolitiek.
 
Ik verkies de voorlaatste plaats op de lijst in plaats van ergens middenin, behaal 125 voorkeurstemmen en word niet verkozen.

ACW behoudt de volstrekte meerderheid, CWP behaalt 2 zetels.


 
Bijna doet de verdringing volledig haar werk maar ik constateer, met jullie, dat ik in 1982 lid ben van de CVP-jongeren.
 
Dit gebeurt onder impuls van Denis Baert, de man van ACW-schepen Madeleine Wallays.

In een ander stukje van mijn blog verneem je dat ik mijn job bij de spoorwegen te danken heb aan Denis.
 
Ik probeer vaste voet aan de grond te krijgen in het ACW-lokaal Den Bond. Ik word er eerder als een indringer beschouwd, vind ik en dat is vermoedelijk de reden waarom we met de spoorvrienden uitwijken naar een ander lokaal.
 
Ondertussen woedt binnen ACW-Wevelgem bovendien een tweestrijd tussen de "Baertisten" (de aanhangers van Madeleine Wallays) en de "Schooristen" (de aanhangers van ACW-schepen Marcel Verschoore). Dit is niet bevorderlijk voor mijn integratie binnen het ACW-milieu.

In de jaren 1980 ga ik aan de deur kloppen van VU-boegbeeld Frans Soenen en vraag hem of ik lid kan worden van de Volksunie. Ik word er met open handen ontvangen. Ook Frans heeft een strijd tegen den Bond te voeren.

Met de gemeenteraadsverkiezingen van 1988 staan we beiden als VU-er op de kartellijst "Algemeen Welzijn".


Bij de NMBS in Brussel verneem ik van Oost-Vlaamse collega's dat de kandidaten daar van deur tot deur gaan terwijl dit in Wevelgem zeker (nog) niet het geval is.

Ik besluit om als eerste en enige Wevelgemnaar, gewapend met een pamfletje, aan elk huis aan te bellen, met de slogan "Probeer het eens met die andere Seynnaeve".


Tot mijn grote verrassing word ik overal vriendelijk ontvangen, de inwoners vinden het goed dat voor de eerste keer een kandidaat zich komt voorstellen in hun gemeente.


Ik word uit het niets, vanop de elfde plaats, verkozen met 683 voorkeurstemmen.

Het ACW blijft baas, met een volstrekte meerderheid.


In 1989 volg ik een opleiding als VU-gemeenteraadslid.


De nieuwe gemeenteraad wordt aangesteld in januari 1989 en mijn intrede gaat blijkbaar niet onopgemerkt voorbij. Ik vraag meteen een eretitel voor Madeleine Wallays, over de partijgrenzen heen.

Denis Baert had in mijn oor gefluisterd dat de meerderheid nogal aan het talmen was.

Foto genomen begin 1989, nog geen gebalde vuist van schepen Mispelaere.


 
De maand erop wordt mij nog iets in het oor gefluisterd.

BAC, de broodheer van het ACW, geraakt de appartementen boven het kantoor in de Lode de Boningestraat niet verhuurd en zal ze verhuren aan het gemeentebestuur, dat te kampen heeft met plaatsgebrek en de technische diensten er wil onderbrengen.

De directeur van het kantoor is bovendien de man van een ACW-schepen in Wevelgem. Een echt verzuilingsdossier dus met belangenvermenging, een kolfje naar mijn hand. Ik begin met een pamfletje dat verspreid wordt in gans Wevelgem.

Het punt wordt besproken in de gemeenteraad van maart 1989 en keert nog terug in 1991 en 2000.



Vanaf augustus 1989 huist de volledige technische dienst boven het BAC-kantoor.


In juni 1991 haalt het punt opnieuw de gemeenteraad.





En in juli 2000 nogmaals.



 
We keren terug naar 1989, naar de gemeenteraad van april.
 
De journalisten van toen zijn een zegen voor de gemeentepolitiek, ook voor de oppositie, nu is dat niet het geval meer heb ik de indruk.
 
Anno 2017 zijn de journalisten weinig of niet (meer) geïnteresseerd in gemeentepolitiek en worden ze, indien nodig, aan de kant gezet en vervangen door slippendragers van de meerderheid, die machtstentakels heeft tot op de redacties van de regionale kranten.

 
In oktober 1989 kom ik tussen ten voordele van het Vlaams Kruis.
 
 
 Dit dossier komt nogmaals ter sprake in februari 1992.
 
 
In december 1989 worden de receptie- en representatiekosten doorgelicht, na een tip van iemand binnen het gemeentebestuur.
 
Men zegt mij ook dat er benzine getankt wordt voor eigen gebruik op kosten ven de gemeente maar daar vind ik geen sporen van.

 
Dan volgt er een minder actieve periode vermoedelijk omwille van de medische perikelen.
 
In 1991 confronteer ik de meerderheid met hun verkiezingsbelofte, die ze verbreken. De opcentiemen op de onroerende voorheffing worden toch verhoogd van 1.050 naar 1.250.

 
Klokkenluiders vind je op nog andere plaatsen in het gemeentehuis. Ze hebben hun bedenkingen bij de eigen informaticasystemen en stellen mij voor dat aan te klagen op de gemeenteraad.

 
In 1991 ben ik kandidaat voor de provincieraadsverkiezingen en lijsttrekker voor de Volksunie op 24 november.
 
De slogan "Met SeynNaeve win je altijd", mij aangereikt door journalist Guy Bouten, slaat niet echt aan. Ik behaal 1.069 voorkeurstemmen en ben niet verkozen.
 
De Volksunie van toen is niet de N-VA van nu.
 
Men vraagt je ook niet om te lachen op de foto. Het kon misschien geholpen hebben.



 
Ik hekel in 1994 de lastingsdruk die fors toeneemt.
 
 
En er is een relletje omtrent de secretaris die op een verkiezingsfolder prijkt.

 
In 1994 maakt de VU opnieuw deel uit van een kartellijst met de naam “De Brug”, die op 9 oktober acht zetels binnenhaalt.



  
De ongenaakbaar geachte absolute meerderheid van het ACW wordt doorbroken en een coalitie ACW-SP komt tot stand.


  
Frans Soenen en ik doen deze keer samen de huisbezoeken.
 
Met 922 voorkeurstemmen word ik opnieuw verkozen.

 


Tijdens de allereerste zitting van de nieuwe legislatuur (1995) verlaat Frans Mispelaere van het ACW na zijn eedaflegging de zitting om zich achteraf nooit meer te laten zien op de gemeenteraad.


 
Hoewel een wettelijke verplichting, komt slechts om op onze vraag in 1995 een reglement van inwendige orde voor de gemeenteraad tot stand. Het betreft een integraal overzicht van de raadswerking en verplichte literatuur voor elk raadslid.
 
De meerderheid bezondigt zich meteen opnieuw en daarna nog meerdere keren aan favoritisme bij het aanwerven en bevorderen van personeelsleden, "Eigen volk eerst".
 
Zeker drie maal moet een lid van de meerderheid de zaal verlaten omwille van een aanstelling of benoeming van een familielid, o.a. tijdens de gemeenteraad van 4 juli 1997 bij de benoeming van de schoonzoon van de burgemeester - slechts tweede gerangschikt - tot hoofdinspecteur 1ste klasse.
 
Eenmaal wordt zelfs ingegaan tegen het verslag in van de psychotechnische proeven, waarbij slechts één aanvaardbare kandidaat wordt voorgesteld en toch een andere kandidaat benoemd wordt.

Uit de verkiezingskrant van De Brug in 2000.
  
 
Op 17 mei 1995 ben ik kandidaat voor de verkiezing van de Vlaamse Raad, als eerste opvolger, voor de Volksunie.


 
Chris Vandenbroucke wordt verkozen, ik behaal 1.411 voorkeurstemmen en word aangeduid als eerste opvolger.

 
Nog in 1995 houdt de heemkundige kring "Meiboom" van Gullegem een ludieke actie in de gemeenteraad. In 1795, 200 jaar vroeger, werd België bij Frankrijk geannexeerd.


In juli 1996 hebben we opnieuw te maken met een verzuilingsdossier en zijn drie gemeenteraden in één week nodig (5, 9 en 12 juli) om een gebouwencomplex 'Bankstraat 7' in Gullegem aan te kopen voor de realisatie van een ontmoetingscentrum tegen de prijs van 30.000.000 BF jegens volgende eigenaars:
  • CVBA "Coöperatieve van de Werkliedenbond" voor de prijs van 19.250.000 BF (de financiële toestand van de Coöperatieve was op het ogenblik van de aankoop niet rooskleurig volgens de balans gepubliceerd in het B.S.);
  • CVBA "BACOB" voor de prijs van 5.250.000 BF;
  • VZW "Vooruitzicht" voor de prijs van 3.000.000 BF;
  • VZW "Kristelijke Werknemers" voor de prijs van 2.500.000 BF.
Vier leden van de meerderheid moeten ik elk van de drie gemeenteraden de zitting verlaten omdat ze belang hebben in de zaak.
 
Het betreft burgemeester Gilbert Seynaeve, schepen José Debel en de raadsleden Roger Cuvelier en Willy Staelens.
 
Eerste schepen Bart Vanneste neemt telkens het voorzitterschap waar en licht het voorstel tot aankoop toe.
 
Wegens o.a. de onverantwoorde prijs, de ontbrekende prijsraming van de verbouwings- en installatiekosten en de onoorbare belangenvermenging van de vier mandatarissen van de meerderheid in dit dossier, verlaat de oppositie de zitting. De gemeenteraad is op 5 en 9 juli aldus niet meer in voldoende aantal om geldig te kunnen vergaderen.
 
Na 3 gemeenteraden binnen dezelfde week met hetzelfde agendapunt kan de gemeenteraad geldig vergaderen en beslissen volgens de Gemeentewet, ongeacht het aantal aanwezigen.
 
De aankoop wordt derhalve op 12 juli 1996 goedgekeurd.

Uit de verkiezingskrant van De Brug in 2000.
 
In 1997 hebben we het over de cijfers.


 
Bij de begrotingsbespreking trek ik in december 1998 hard van leer tegen de zelfbedieningsprojecten van de ACW-zuil.

 
In april 1999 verschijnt in het Nieuwsblad een leuk verslagje van de hand van wijlen Luc Vandaele, "Zoek de fout!".
 
"Bij de bespreking van het werkingsverslag van het jeugdwerkbeleidsplan ontspon zich een plezant spelletje, "Zoek de fout!", tussen schepen Jan Seynhaeve en Arnold Seynnaeve (De Brug). Die laatste is gek op cijfers en vindt geregeld - en tot grote verveling van de gezagsdragers - fouten in de (be)rekeningen of bedragen. Schepen Seynhaeve, ook niet vies van een geintje, liet opzettelijk (?) een foutje sluipen in het werkingsverslag en wedde met zijn vrienden op café dat zijn "cijfervriend" het niet zou vinden. Hij verloor want Seynnaeve haalde het er wel uit. "Ik heb niet verder gezocht want meestal is er maar één fout, niet?". Beiden konden er hartelijk om lachen en zo was de sfeer in de gemeenteraad: kritisch maar opbouwend."

We zijn ondertussen op een jaar van de verkiezingen en De Brug begint barsten en breuken te vertonen.
 
Dat blijkt al bij de bespreking van het eerste agendapunt van de gemeenteraad van december 1999.
 
Bij dit punt "Opheffen gemeentelijke elektriciteitsregie en toetreden tot de intercommunale" moeten burgemeester Gilbert Seynaeve (opnieuw!), Nicolas Vanlerberghe en Willy Staelens, beheerders van Gaselwest, de zaal verlaten wegens belang in de zaak.
 
De meerderheid is daardoor niet meer in de meerderheid zodat de beslissing in het kamp van de oppositie komt te liggen.
 
Toch haalt de oppositie haar slag niet thuis daar vier leden van De Brug, die eerder al verklaarden bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen onder de CVP-vlag te marcheren, zich onthouden. De barsten in De Brug worden meteen pijnlijk duidelijk.
 
In april 2000 weigeren we de rekening goed te keuren.
 
 

Het succes van De Brug kan in 2000 niet doorgetrokken worden.

Het ACW verenigt zich met de boeren en de middenstand (zoals vóór de fusie in 1976 in de deelgemeente Wevelgem) en behaalt als CVP op 8 oktober 2000 opnieuw de absolute meerderheid.


  

Ik ben kandidaat voor zowel de gemeenteraads- als voor de provincieraadsverkiezingen.






Wegens medisch redenen kan ik niet op stap gaan van huis tot huis.
 
  
Ik voer campagne met Pieter-Jan Bouten, de zoon van Guy, die met een gemeenschappelijk pamfletje op stap gaat.

  
Vanop het ziekenhuisbed in Pellenberg word ik opnieuw verkozen voor de gemeenteraad (575 voorkeurstemmen), niet voor de provincieraad.
 
De aanstelling en eedaflegging van de gemeenteraadsleden gebeurt niet in het oud gemeentehuis, op de hoek van de Lauwestraat, maar ditmaal in de benedenzaal van het cultureel centrum.
 
Zo kan ik ook, nog steeds revaliderend na mijn operatie in Pellenberg, de geïmproviseerde raadszaal bereiken zonder halsbrekende toeren te moeten uithalen.
 
Begin 2002 wordt de politieraad geïnstalleerd. De naam van de zone en de korpschef moeten nog gezocht worden. Het wordt Grensleie en de eerste korpschef van de politiezone Ledegem-Menen-Wevelgem wordt in april aangesteld, met name Dominique Demey.

 
Begin 2004 wordt burgemeester Gilbert Seynaeve, zoals afgesproken, vervangen door eerste schepen Jan Seynhaeve.

Jan Seynhaeve, Gilbert Seynaeve en Arnold Seynnaeve, een toekomstige burgemeester, de burgemeester en een luis in de pels van de meerderheid (foto genomen tijdens de legislatuur 1994-2000).

In augustus 2004 verliest de gemeenteraad een monument, Frans Soenen komt te overlijden.

We bevinden ons opnieuw in een jaar vóór de verkiezingen en de VLD beslist in januari 2005 niet langer deel uit te maken van De Brug.
 
Volgens "Het Nieuwsblad" is het een publiek geheim dat de meerderheid met veel belangstelling lonkt naar de fractieleider van De Brug, Jacques Vanneste, en ben ik de laatste tijd wat actiever.
 
Sedert Jacques Vanneste lid geworden is van de Raad van Bestuur van Luminus - naar verluidt zit burgemeester Gilbert Seynaeve er voor iets tussen - lijkt hij inderdaad een verlengstuk te zijn geworden van de meerderheid in de oppositie.
 
 
In februari 2005 hebben we de zaak "Kris Vlaeminck".

 
In april 2005 leg ik SP.A het vuur aan de schenen.


In oktober 2006 ben ik geen kandidaat meer voor de verkiezingen.

Eventjes koester ik de hoop dat het kartel CD&V met N-VA, dat op de feestdag van Valentijn, 14 februari 2004, gevormd wordt voor de Vlaamse, Brusselse en Europese verkiezingen van 13 juni 2004, navolging krijgt op gemeentelijk vlak in Wevelgem. Het is een ijdele hoop, ik ben te veel de luis in de pels van de meerderheid geweest.
 
Op de laatste gemeenteraad van 2006 krijg ik, samen met de andere gemeenteraadsleden die er de volgende keer niet meer zullen bij zijn een fles champagne uit de handen van burgemeester Jan Seynhaeve.
 
In 2008 krijg ik de eretitel van gemeenteraadslid.

 
Burgemeester Jan Seynhaeve tijdens de huldiging op 14 december 2008:
“Arnold was 18 jaar onafgebroken gemeenteraadslid. Hij was de man van de cijfers, de begroting, de kijk ook op langere termijn voor onze gemeente. Toen ik begon als schepen van jeugd had Arnold alle cijfertjes van mijn jeugdwerkbeleidsplan gecontroleerd en geverifieerd … hij kende er meer van dan ikzelf dacht ik. Misschien al een geruststelling: begin jaren 90 bedroeg binnen de totale uitgaven van onze gemeente de schulden ruim meer dan 30%. Onze laatste begroting, nu moeten we budget zeggen, bevat slechts een kleine 20% van de uitgaven als schulduitgaven.”

Na 6 jaar onderbreking ben ik opnieuw kandidaat op de lijst N-VA voor de gemeenteraadsverkiezingen 2012.

 
Ik blijf ervan overtuigd dat langdurig de macht verschaffen aan dezelfde politieke partij met een volstrekte meerderheid een ongezonde toestand is die tot verstarring, verzuiling en misbruiken kan leiden.
De bars en de nachtwinkels worden een belangrijk thema in de verkiezingsstrijd en de legislatuur vanaf 2013.

 
Vanop de lijstduwersplaats word ik verkozen met 447 voorkeurstemmen en opnieuw lid van de politieraad Grensleie.

 
 
 
 
Volgens de Weekbode is het alsof ik nooit weggeweest ben uit de gemeenteraad.

 

 
De allereerste tussenkomst van de nieuwe legislatuur neem ik voor mijn rekening.


In maart 2013 hebben we het nog maar een keer over nepotisme.


In april 2013 komt de Normandiëstraat ter sprake.

In mei 2013 is de VVSG op bezoek in de politieraad.



In juli 2013 komt het station Wevelgem ter sprake.


In december 2013 de bars en nachtwinkels, een stand van zaken. En opnieuw in februari en maart 2014.













Op 25 mei 2014 ben ik kandidaat voor de verkiezingen voor de Vlaamse Raad, ik behaal een mooi resultaat, 9.766 voorkeurstemmen.




In februari 2015 komt het Transportplan van de NMBS ter sprake, en de "Lijn 69".







In maart 2015 staat de Neerhofstraat op de agenda.






Op 12 juni 2015 zetel ik voor de laatste keer in de gemeenteraad en neem daarna ontslag als gemeenteraadslid wegens definitieve verhuis naar Frankrijk.


Het dankwoordje van Kevin Defieuw in de gemeenteraad van september 2015 apprecieer ik.

   
Er volgt nog een afscheidsinterview in de Weekbode en in het huis-aan-huis blaadje van N-VA.




Het is mooi geweest en ik sluit af met de beste herinneringen aan de politieke mede- en tegenstanders, de drie gemeentesecretarissen die ik heb meegemaakt, Eric Dujardin, Jozef Ponseele en Kurt Parmentier.

Ik bedank het immer vriendelijk gemeentepersoneel, de journalisten van toen, in het bijzonder Oscar De Winter (Het Volk), Luc Vandaele (Het Nieuwsblad) en Carolien Roose (Lien van de Weekbode) en tenslotte natuurlijk ook al mijn kiezers!