vrijdag 2 maart 2018

Valère Vansweevelt


Valere Vansweevelt (Kuringen, 15 april 1947) is een voormalig Belgisch wielrenner.

Ik werd fan van hem toen hij bij de amateurs in 1967, ik was toen 13 jaar, de Ronde van Vlaanderen, de Ardense Pijl en het kampioenschap van België (vóór Jean-Pierre Monseré en Roger de Vlaeminck) won.

Eén keer heb ik hem gezien na een aankomst van Gent-Wevelgem en toen een handtekening bemachtigd. Hij moest naar de dopingcontrole in het Rode Kruislokaal op de hoek van de Lauwestraat. Aanvankelijk kon hij niet plassen, herinner ik me nog, en hij moest maar water drinken, tot het lukte.

Hij was prof van 1968 tot 1973 en stond te boek als een groot talent, wat hij in zijn eerste jaar direct waar wist te maken door onder andere Luik-Bastenaken-Luik te winnen. Hij kon echter nooit bevestigen en zou al in 1973 na zes jaar een punt achter zijn carrière zetten.

Ploegen
  • 1968 - Smiths (ploegmaat van o.a. Willy Planckaert)

  • 1969 - Faema (ploegmaat van o.a. Eddy Merckx)

  • 1970 - Peugeot - Michelin - BP (ploegmaat van o.a. Bracke, Thévenet, Pingeon en Karstens)

  • 1973 - Goldor - Gerka
Enkele uitslagen

1966
  • 50e Wereldkampioenschap bij de amateurs (27 augustus 1966)
Een getuigenis van Jan van der Horst (Berlijn 1966):

"Het was een luguber aanzicht, die Berlijnse muur met daarachter een spergebied met prikkeldraad. Aan de kapitalistische kant in de wijk Kreuzberg reden we een wielerkoers die ik wist te winnen. Ole Ritten, Jan Smolik en ook de nog piepjonge Valère moesten daar in mij hun meerdere erkennen. De Belgen en de Hollanders sliepen in hetzelfde hotel en zo leerden we elkaar kennen. Later, bij de profs bleek dat hij over meer talent te beschikken dan ik"
1967
  • 1e Ronde van Vlaanderen bij de amateurs
  • 1e Ardense Pijl bij de amateurs
  • 1e Belgisch kampioenschap bij de amateurs vóór Jean-Pierre Monseré en Roger De Vlaeminck


1968
  • 1e etappe 3 & etappe 4b Paris-Nice + winnaar puntenklassement
  • 1e etappe 3a Ronde van Romandië
  • 12e Milaan San Remo (19 maart 1968)
Rudi Altig wint in 1968 Milaan San Remo.

  • 7e E3 Prijs Vlaanderen (23 maart 1968)
  • 12e Gent-Wevelgem (16 april 1968)
Walter Godefroot wint met sprekend gemak Gent-Wevelgem in 1968.

  • 1e Luik-Bastenaken-Luik (28 april 1968), in de sprint vóór Godefroot, Poulidor en Anquetil.

Uit de krant van 29 april 1968.


Filmverslag Luik-Bastenaken-Luik 1968 (hier klikken).
  • 2e Rund um den Henninger-Turm (1 mei 1968)
Eddy Beugels wint in 1968 Rund um den Henninger-Turm vóór Valère Vansweevelt.

  • 2e Kampioenschap van Zürich (5 mei 1968)
1969
  • 3e Omloop Het Volk (1 maart 1969)
Roger De Vlaeminck wint Omloop Het Volk in 1969 vóór Daniel Van Ryckeghem en Valère Vansweevelt.

  • 6e Gent-Wevelgem (16 april 1969)
Willy Vekemans wint Gent-Wevelgem in 1969 met 11 seconden voorsprong op 4 Flandria's (Roger en Eric de Vlaeminck, Eric Leman en Antoine Houbrechts). Op 15 seconden wint Valère Vansweevelt de groepssprint vóór o.a. Sercu en Van Looy.

  • 9e Amstel Gold Race (18 april 1969)
Guido Reybrouck wint in 1969 de Amstel Gold Race.

Valère kende veel tegenslag.

Krantenartikel uit 1991


In Sport Wielermagazine van 25 januari 2018 verscheen een interview met Valère Vansweevelt. Dit verklaart veel.








Morgen, 22 april 2018, wordt Liège-Bastogne-Liège gereden. Vijftig jaar geleden won Valère Vansweevelt.

Vandaag een artikel in het NB.




Hoe Kuringenaar Valère Vansweevelt 50 jaar geleden in Luik de jongste winnaar ooit werd.

“Groten als Anquetil, Godefroot en Van Springel zagen me niet graag komen”

"Ik kreeg nooit één uitnodiging van organisator ASO om als eregast de aankomst in Ans bij te wonen"

Hier klikken om het volledige artikel te lezen.

Het HBVL bracht gisteren, op 20 april, een artikel:



Kuringenaar Valère Vansweevelt:

- 50 jaar geleden de jongste laureaat ooit in Luik
- Voormalig Lottowinnaar
- Achttien jaar lang verslaafd aan amfetamines

“Nooit bij Merckx in de ploeg mogen gaan”



Valère Vansweevelt stond aan de vooravond van zijn profdebuut te boek als een groot talent. Logisch, in zijn laatste seizoen als amateur won hij zowel de Ronde van Vlaanderen, de Ardense Pijl als het BK. Eén jaar later, in 1968, kroonde de 21-jarige Vansweefelt zich op de wielerbaan van Rocourt tot de jongste winnaar ooit van Luik-Bastenaken-Luik. Maar even snel als hij kwam, deemsterde Valère weer weg. Na amper vijf seizoenen zette de Komeet van Kuringen al een punt achter zijn carrière. “Mijn grootste fout? Ik had nooit bij Merckx’ ploeg mogen tekenen”, foetert de nu 71-jarige Vansweevelt. Vijftig jaar na zijn glorieuze zege in Luik gunt hij ons een inkijk in zijn leven en lot.
 
OVER L-B-L 1968
Godefroot was achteraf groen op me”
Valère Vansweevelt is nog maar twee weken 21 als hij in zijn trui van Smith’s aan de start staat van Luik-Bastenaken-Luik. In zijn eerste weken als prof had de jonge Hasselaar al twee ritten en het puntenklassement in Parijs-Nice gewonnen.
Vansweevelt: “Die 28ste april 1968 bleef alles vrij rustig tot 60 kilometer voor de aankomst. Het was Raymond Poulidor die het vuur aan de lont stak met een vroege uitval. Een ploegmaat van me riep dat ik moest meespringen. Maar daar kreeg ik snel spijt van. Terwijl ik in Poulidors wiel zat, voelde ik dat ik moest kraken. Net op dat moment zag ik de Fransman aanstalten maken om achter zich te kijken, dus legde ik vliegensvlug mijn handen bovenop het stuur en keek ik hem breed glimlachend aan. Onmiddellijk stopte Poulidor zijn inspanning (lacht). Nadat we het tempo wat lieten zakken, wisten nog zeven renners aan te sluiten. Onder hen grote namen als Anquetil, Pingeon, Van Springel en Godefroot. Laatstgenoemde had ik horen praten met Van Springel. Niettemin namen ze me mee naar de wielerbaan van Rocourt, waar toen de finish was. Hoewel ik nog niet overliep van piste-ervaring, legde ik ze er allemaal op in de sprint. Ik had ze zand in de ogen gestrooid door enkele keren aan te vallen, waardoor ze dachten dat ik niet meer zeker was van mijn eindjump. Maar ik gaf me nooit voluit. Na afloop merkte ik dat Godefroot groen was op me. Ik denk dat hij Van Springel geld beloofd had om de sprint voor hem aan te trekken en nu kostte die tweede plaats hem nog geld ook. Ook van Anquetil kreeg ik geen felicitaties. De vijfvoudig Tourwinnaar stond nochtans aan mijn zijde te plassen bij de dopingcontrole. Ze zagen me duidelijk niet graag komen, die groten. Ik bleek een bedreiging en ze voelden dat ze de koek voortaan niet langer door vier, maar door vijf moesten delen.”
Zijn zege in Luik legt Vansweevelt financieel geen windeieren.
Vansweevelt: “Voor Luik verdiende ik bij Smith’s 15.000 frank (375 euro) per maand. Na mijn zege werd dat verdubbeld naar 30.000 frank (750 euro). Dat was veel geld in die tijd”, verheft Valère zijn stem. “Het prijzengeld in 1968 bedroeg 12.000 frank (300 euro). Ik heb vernomen dat de winnaar nu 20.000 euro opstrijkt. Dat is het leven, hè. Mooi voor de jongens die nu koersen. Wat me wel stoort, is dat ik nooit één uitnodiging heb gekregen van organisator ASO om als eregast de aankomst in Ans bij te wonen. Zelfs dit jaar niet, vijftig jaar na datum. Nochtans trek ik jaarlijks daags voor de start naar de ploegenvoorstelling in Luik. Ik denk echter niet dat jongens als Van Avermaet en Valverde wisten dat ze vorig jaar met een oud-winnaar op de foto zijn gegaan.”
OVER ZIJN AMFETAMINEVERSLAVING

Enkele dagen na Luik beginnen gebruiken”

Achttien jaar lang zou Vansweevelt verslingerd blijven aan amfetamines. De eerste koers waarin hij van het rechte pad afwijkt, herinnert Valère zich nog goed.

Vansweevelt: “Dat was in Frankfurt, op 1 mei. Enkele dagen na mijn zege in Luik. Omdat ik de nacht voordien geen oog had dichtgedaan wegens liefdesverdriet, gaf mijn ploeggenoot Georges Vandenberghe mij in koers twee pilletjes stenamine. Bij het ingaan van de finale ging ik in de tegenaanval op vroege vluchter Eddy Beugels en kreeg onder meer Gimondi en Van Springel mee. Omdat we niet goed ronddraaiden, kwamen we uiteindelijk drie lengtes tekort op de Nederlander. Anders had ik gegarandeerd opnieuw gewonnen. Toen ik Van Springel vroeg waarom hij niet voluit had gereden, maakte Herman het betaalgebaar en antwoordde: ‘waarom heb je niet gepraat’. Je merkt het, ik was nog naïef. De daaropvolgende race in het Zwitserse Zürich eindigde ik weer tweede. Opnieuw had ik twee stenaminekes mee, maar ik vergat ze te nemen. Gelukkig maar, want ditmaal was er wel dopingcontrole. Stond ik daar te plassen met twee pilletjes in mijn achterzak (bulderlach).”

In de kleuren van Peugeot begint Vansweevelt steeds meer op stap te gaan. Amfetamines werden anno 1970 niet meer geslikt, maar met een injectienaald ingespoten.

Vansweevelt: “Het ging van kwaad naar erger, waardoor ik in 1971 als individueel renner in een zwarte trui zonder merknaam moest rondrijden. In 1973 hing ik als renner van Goldor-Hercka mijn racefiets definitief aan de haak. Pas in 1988 wist ik, met behulp van mijn huisarts, mijn amfetamineverslaving achter me te laten. Van mijn hunker naar slaapmiddelen (stilnoct, nvdr.) ben ik nog maar pas verlost.”

OVER DE FACTOR MERCKX

Eddy was een smeerlap tegenover mij”

In 1969, het jaar na zijn stormachtige profdebuut, tekent Vansweevelt bij Faema, dat ene Eddy Merckx in zijn rangen telt. Vansweevelts carrière begint daarop de eerste barsten te vertonen.

Vansweevelt: “Achteraf bekeken had ik nooit Merckx’ ploegmaat mogen worden. Maar ja, ik werd er ook wat ingeluisd door mijn toenmalig sportdirecteur Lomme Driessens. Ik kon naar Molteni voor een maandloon van 50.000 frank en mocht nog zes ploegmaats meenemen. Driessens wist me echter mee naar Italië te lokken waar Merckx ‘toevallig’ in hetzelfde restaurant ging tafelen. Doorgestoken kaart, natuurlijk. Om een lang verhaal kort te maken: ik teken bij Faema, met Merckx’ belofte dat hij alleen geïnteresseerd was in het winnen van de grote ronden en dat in de klassiekers mijn kaart getrokken zou worden. Tot het zover was. In de eindsprint van de Omloop ging ploegmaat Patrick Sercu aan mijn truitje hangen. Ik eindigde uiteindelijk nog derde. Tijdens Milaan-Sanremo beleefde ik dat jaar opnieuw een bizar moment: ik trok mijn rem over. Iets dat me voordien en nadien nooit meer zou overkomen. Vandaar dat ik denk dat ze die dag mijn fiets gesaboteerd hebben. Op de Poggio zag ik Willy In ’t Ven het gat op me dichten met Merckx in zijn wiel. In de afdaling moest ik hen laten rijden, bij gebrek aan een achterrem. Het jaar nadien reed In ’t Ven bij Merckx in de ploeg.”

Vansweevelt niet meer. Valère had de Kannibaal een koekje van eigen deeg gegeven in de koers van Soumagne.

Vansweevelt: “Met een miniem verschil wist ik Eddy in een sprint met twee te kloppen, nadat ik al het kopwerk had verricht. Merckx is achteraf woedend zijn auto ingestapt, zonder zich te wassen. Blijkbaar had hij nog één zege nodig om het recordaantal overwinningen in één seizoen van Rik Van Looy te verbeteren. Ik ben blij dat ik daar een stokje heb voorgestoken. Eddy was een groot renner, maar als mens kon hij een smeerlap zijn. Zeker tegenover mij.”

"Pas in 1988 wist ik mijn amfetamineverslaving achter me te laten. Van mijn hunker naar slaapmiddelen ben ik nog maar pas verlost"
Valère VANSWEEVELT

OVER HET LEVEN NA DE KOERS

Nog café Luik-Bastenaken-Luik uitgebaat”

Na zijn wielercarrière heeft Valère tal van stielen gehad. Van ijzervlechter over het aanleggen van gasleidingen en glazenwasser tot ondergronds werk in de mijn van Winterslag.

Vansweevelt: “Mijn opdracht bestond erin om de rails te controleren. Een heel andere job dan die van cafébaas. Drie jaar lang baatte ik in Aarschot café Luik-Bastenaken-Luik uit. Maar op aanraden van mijn brouwer ben ik nadien uitgeweken naar Veerle.”

In 1994 neemt Vansweevelts leven een nieuwe wending. Hij wint de Lotto met zes juiste cijfers.

Vansweevelt: “Volgens de Nationale Loterij waren er negen winnaars. Maar dat heb ik nooit geloofd. Naar verluidt is geen van die andere winnaars hun winst ooit gaan optrekken. Tja, geen volle pot voor mij dus. Maar wel 5,3 miljoen. Geld dat ik al lang uitgegeven heb, hoor (glimlacht). Mijn Hasseltse flat met uitzicht op de Kempische brug heb ik intussen verkocht. Samen met mijn partner neem ik weldra in Zonhoven mijn intrek in een serviceflat. Als ik terugblik op mijn leven moest ik al veel eerder binnen geweest zijn. Maar dan had ik me een beetje moeten gedragen en wat meer haar op mijn tanden getoond hebben. Eind jaren zestig was ik een type als Michael Matthews nu. De cols waren te hoog gegrepen, maar op een klim van vier à vijf kilometer konden ze me niet lossen. En in een vlakke sprint moest ik niemand vrezen. Behalve Guido Reybrouck misschien. Eric Leman was ook rap. Maar voor Roger De Vlaeminck moest ik bijvoorbeeld niet bang zijn.”

Zijn overwinningen:
1963


1969





Ondertussen heb ik contact met Valère via mail. Hij kampt met medische problemen momenteel. We wensen hem een spoedig en volledig herstel!

Valere stuurde me enkele foto's, de meeste daterend uit de tijd vóór hij prof werd.









Ik begrijp nu waarom ik nooit een grote fan ben geweest van Eddy Merckx.

Ten eerste, ik was supporter van Rik Van Looy. Tegelijk supporteren voor Merckx was uitgesloten.

Ten tweede, de loopbaan van mijn jeugdidool Valère Vansweevelt werd geboycot door Merckx.



Bronnen

https://nl.wikipedia.org/wiki/Valere_Van_Sweevelt

http://www.sportuitslagen.org/valere-van-sweevelt-wielrennen-spf47386.html



2 opmerkingen:

  1. Heb alles met belangstelling gelezen, heel mooi en interessant.
    Hebben waarschijnlijk in 1966 en 1967 samen dezelfde koersen in Belgisch Limburg gereden, ik reed toen daar ook als amateur.
    Was onlangs je buurman in Karina

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hoe is het met Valere nu?

    BeantwoordenVerwijderen